Schoon vervoer op weg naar 2025
16 maart 2016
Schoon vervoer op weg naar 2025
Of blijven we doorrijden met oude dieselbussen in Noord-Holland Noord?
De provincie Noord-Holland is momenteel druk bezig met de voorbereidingen voor de nieuwe aanbesteding voor het openbaar vervoer in Noord-Holland Noord. Een technisch en complex proces. Zo is de provincie eerst met een Nota van Uitgangspunten gekomen en wordt de komende tijd een zogeheten Programma van Eisen uitgewerkt. Daarna kunnen vervoerders meedingen naar de nieuwe aanbesteding.
Als basis voor dit traject dient de provinciale nota ‘Visie Openbaar vervoer 2020’ uit 2012. Een vlot geschreven visiedocument, vol goede voornemens om de mobiliteit te verbeteren. Maar de focus van de visie beperkt zich tot het genereren van meer inkomsten en het verbeteren van de vervoersstromen. En dat terwijl Noord-Holland toch haar uitdagingen kent: de druk op de leefomgeving is enorm, mede door onze hoge bevolkingsdichtheid. Om maar niet te spreken van de maatschappelijke kosten van de slechte luchtkwaliteit.
De Nota van Uitgangspunten voor de aanbesteding lijkt op het eerste gezicht een stuk ambitieuzer. Zo wordt de transitie naar zero emissie vervoer een noodzaak genoemd: vanaf 2025 moet het vervoer in Noord-Holland Noord volledig zero emissie plaatsvinden. Als vervoerders deze transitie eerder realiseren, kunnen zij bonuspunten verdienen in de gunning. Ook het vervoersmaterieel moet duurzaam zijn en de aanbesteding kijkt zelfs naar de mate van duurzaamheid binnen de bedrijfsvoering van vervoerders.
Dat ziet er goed uit. Maar als wij de Nota van Uitgangspunten goed bestuderen stuiten wij op de volgende tekst: Daarnaast is het ten behoeve van de transitie naar zero emissie toegestaan om bestaande bussen in te zetten. Voor deze voertuigen geldt als ondergrens de Euro V/EEV-norm. Deze bussen mogen maximaal 12 jaar oud zijn, en moeten op enig moment tijdens de concessie vervangen worden door zero emissie-voertuigen.
Vrij vertaald: in 2025 moet het vervoer in Noord-Holland Noord volledig verzorgd worden door zero-emissie voertuigen, maar in de tussentijd blijven we “doordieselen”. De regio Noord-Holland Noord dreigt hiermee het afvoerputje van Nederland te worden. Dieselbussen die elders niet meer mogen worden ingezet, verzorgen dan nog wel het vervoer in Noord-Holland Noord.
Juist overheden moeten het goede voorbeeld geven en als launching customer optreden waar het gaat om duurzaam inkopen. En eigenlijk moet dat al: volgens het Plan van Aanpak duurzaam inkopen, een convenant tussen de provincies en het Rijk, moet er in 2015 voor 100% duurzaam worden ingekocht.
Duurzaam OV biedt ook economische kansen voor de regio.
Zo worden duurzame brandstoffen vaak lokaal geproduceerd. OV brandstof uitgaven kunnen dan een investering worden in de regionale of lokale economie. In de Stadsregio Arnhem Nijmegen heeft de wens voor CO2 neutrale brandstoffen bijvoorbeeld een toegevoegde economische waarde gecreëerd van €5 miljoen per jaar. Ook in de regio Noord-Holland Noord zijn goede mogelijkheden om lokaal of regionaal duurzame of CO2 neutrale brandstoffen te produceren. Denk aan groen gas productie bij de HVC te Middenmeer of bij Agriport.
De nieuwe aanbesteding van openbaar vervoer in Noord-Holland Noord mag niet uitlopen op een teleurstelling, maar kan en moet bijdragen aan een overwinning voor onze leefomgeving, duurzaamheid en luchtkwaliteit. Daartoe moet het Programma van Eisen dan wel uitnodigen om niet alleen op de einddatum, maar al vanaf de eerste dag schoner, maar vooral ook duurzamer te zijn. Dat dit mogelijk is bewijzen vervoersautoriteiten in binnen- en buitenland. Diverse proeven met elektrische en waterstofbussen zijn veelbelovend.
Wel moet daarbij onder ogen worden gezien dat de exploitatiekosten van dergelijke systemen nog te hoog zijn om meteen vanaf dag 1 voor de volle honderd procent in te zetten.
Uit een recent onderzoek van de Stadsregio Amsterdam en het Interprovinciaal Overleg (IPO) komt naar voren dat pas vanaf 2025 een 100% instroom van zero emissie bussen financieel haalbaar zal zijn. Maar een terugval naar schadelijke en uitputbare grondstoffen in de tussentijd vindt de Stadsregio onwenselijk.
Daarom kiezen zij voor een “energietransitiepad”. Starten met een mix van duurzame brandstoffen (denk o.a. aan groengas) en elektrische bussen op die lijnen waar dat mogelijk is en vanaf 2025 doorpakken naar een volledige instroom van zero emissie bussen.
Wat de Stadsregio kan, kan de provincie ook. Daarom roepen wij de provincie Noord-Holland op om bij de komende concessie in te zetten op de transitie van fossiel naar hernieuwbaar, met als uitkomst het sluiten van kringlopen. Dit kan worden bereikt door vanaf de aanvang van deze concessie al te sturen op een CO2-reductie.
Dit kan door als minimum eis in het Programma van Eisen op te nemen dat de gemiddelde jaarlijkse uitstoot van CO2 over de totale duur van de concessie, aanzienlijk lager (bijvoorbeeld 50-75%) moet liggen dan in het jaar 2015.
Het sturen op CO2-reductie is ook gehanteerd in de OV concessie in Haarlem-IJmond en in de OV concessie Arnhem-Nijmegen. Daarmee geeft de provincie concreet en resultaatgericht invulling aan haar duurzaamheidsambities zonder afbreuk te doen aan het voorzieningen niveau.
Staatssecretaris Dijksma (Infrastructuur & Milieu) gaat de komende tijd rond de tafel zitten met bestuurders om verder te overleggen over duurzaam inkopen in het kader van het Plan van Aanpak van de Rijksoverheid. Het is te hopen dat onze provincie dan met trots kan spreken over haar schone aanbesteding!