

Zoeken
28 januari 2016
Over het middel Imidacloprid is de laatste jaren veel te doen. Imidacloprid, is een van de meest gebruikte insecticiden en behoort tot de neonicotinoïden. Vast staat dat deze middelen niet alleen plaagdieren (bladluizen, witte vlieg) op landbouwgewassen doden, maar ook (wilde) bijen, vlinders, libellen, kevers en insectenetende akker- en weidevogels. Natuur en milieuorganisaties vragen al heel lang om een verbod van dit schadelijke middel.
Staatssecretaris Van Dam van Economische Zaken zal Imidacloprid hoogstwaarschijnlijk per 1 juli 2016 gaan verbieden als de normoverschrijdingen van deze werkzame stof in oppervlaktewateren in glastuinbouwregio’s van het voorjaar niet substantieel zijn gedaald. Dit is de uitkomst van een Algemeen Overleg Gewasbeschermingsmiddelen in de Tweede Kamer. De Staatssecretaris komt nu in actie naar aanleiding van een zeer recent verschenen rapport, waaruit blijkt dat in glastuingebieden nog steeds op grote schaal in norm-overschrijdingen van insecticiden in het oppervlaktewater worden aangetroffen. Dit ondanks de maatregelen die inmiddels zijn genomen.
Imidacloprid mag alleen in de kasteelt gebruikt worden als het afvalwater opgevangen en gezuiverd wordt. Deze verplichting geldt sinds mei 2014. En hoewel de verwachting was dat met deze maatregel de normoverschrijdingen verleden tijd zouden zijn, blijkt dat iet het geval. Uit metingen blijkt er nauwelijks een verbetering te zien in de kassenregio’s, dit in tegenstelling tot de overige regio’s (bloembollen, boomteelt), waar de percentages vaak lager zijn en de afnames over de gehele periode in veel gevallen groter zijn. Vandaar dat nu alleen gesproken wordt over een mogelijk verbod in de glastuinbouw als er in deze sector niet snel verbetering optreedt.
Imidacloprid in oppervlaktewater
Overschrijdingen van de oppervlaktewater-norm zijn vooral te vinden in het bloembollengebied in de Kop van Noord-Holland. Het middel Imidacloprid wordt in de bloembollenteelt vooral gebruikt voor de bolontsmetting. Hierdoor is er maar op beperkte plaats sprake van emissies naar het oppervlaktewater, namelijk op de plaatsen waar de bolontsmetting plaatsvindt en dat is meestal op het erf of in de buurt van het erf/bedrijfsgebouwen. Hier kun je gericht maatregelen op nemen om te voorkomen dat dit middel in het water terechtkomt.
Metingen van Imidacloprid in het oppervlaktewater in de Kop van Noord-Holland in de periode 2010-2014 laat zien dat het aantal normoverschrijdingen met de helft is teruggedrongen.
Normoverschrijdingen moeten zo snel mogelijk naar 0% teruggedrongen worden. Met gerichte maatregelen zoals driftbeperkende spuittechnieken, aanpak erfemissies en zuivering van het reinigingswater moeten de emissies van Imidacloprid zo snel mogelijk verleden tijd worden. Beter is om het middel Imidacloprid in z’n geheel niet meer te gebruiken en dat kan ook, want er zijn in de bollenteelt (behalve misschien de lelieteelt) voldoende alternatieven.
In Duurzame Bollen met een Milieukeurcertificaat of in biologische bloembollen wordt helemaal geen Imidacloprid meer gebruikt. Een aantal gemeenten (waaronder Amsterdam) zijn al overgestapt op het planten van deze bollen. Voor de particulier zijn ook schone bloembollen op de markt, vooral online.